vrijdag 6 november 2009

Je eigen Korps: burger onder burgers

"Mijn uitdaging is burgers op een zodanige manier ergens neer te zetten dat ze alles voor jou gaan doen. Met praten en een goed verhaal mensen overtuigen dat zij zelf veel kunnen doen. Ik probeer echt dienstbaar te zijn aan de burgerij door hun zelf te motiveren. Ik ben eigenlijk één van hen. Alleen ik heb een uniform aan in plaats van ‘een burgerpakkie’. Als je in dat uniform zit, moet je vertrouwen en respect creeren. En als je dat hebt, dan komen de mensen vanzelf naar je toe en gaan ze met je praten. Later werd ik buurtagent en toen kreeg ik een wijk met een bewonersaantal van 7400. Een stuk minder en ik wilde niemand teleurstellen. Ik ben in andere steden gaan kijken, zoals in de Schilderswijk en Kirpsijn. Ik heb daar rondgekeken hoe ze het daar aanpakten. Ik zat toen in het wijkoverleg en daar stelde ik voor: ‘wat vinden jullie van buurtpreventie?’. Eén van de overlegpartners bleek heel enthousiast. Die had ik al een paar keer gesproken en het leek mij wel iemand die het eea kon trekken. En die zei: “Ik ga met je meedoen!”. We hebben toen via de media aandacht aan buurtpreventie gegeven, in het wijkkrantje, de krantjes van Woonvisie. Om publiciteit te geven en mensen warm te maken. Ik heb me als buurtagent voorgesteld, mezelf blootgegeven, want ‘Ik kan het niet alleen’ en ik heb mensen nodig voor 'schoon, heel en veilig'. We hebben een infoavond gegeven; ‘Wat mag je verwachten van de politie en wat verwachten we van de burger’. ‘Wat mag je wel en absoluut niet doen en wat voor rol speel ik als buurtagent en de rol van de burger’. Er kwamen toen 65 mensen en we hielden er 35 vrijwilligers aan over."

Wijkagent Ridderkerk-Bolnes Hans van der Geest(Winnaar Hein Roethoffprijs)


Denkpatronen in groen vakmanschap
De burger is zich vaak niet bewust van de eigen mogelijkheden om bij te ragen aan veiligheid in de buurt. De politie stimuleert zelfredzaamheid: 'de burger moet weer aan de heg staan' [citaat Frans Langhout].Sommige buurtagenten zijn in hun werk sterk gefocust op het tot stand brengen van vormen van sociale redzaamheid en toezichtconcepten, vanuit het besef dat de politie 'het niet alleen kan'. Voorbeelden waarin burgers, ondernemers of toezichtpartners verantwoordelijkheid nemen in sociaal toezicht zijn:

- vormen van buurtpreventie, waarin burgers het initiatief nemen om de eigen buurt in de gaten te houden dmv surveillance tijdens 'hot times',
- toezichtmodellen zoals in het Centrum van Rotterdam, waarin beveiligingsbedrijven, horecaportiers, stadstoezicht en parkeerbedrijven de hanen ineen slaan in toezicht,
- ondernemers die middels 'waarschuwingsknoppen' elkaar ondersteunen en helpen wanneer zij het gevoel hebben overvallen te worden, zoals in Rotterdam-Zuid ten tijde van een overvallenhoos.
- private beveiliging en stewards die in stadions het toezicht van de politie overnemen,
- het project Marokkaanse buurtvaders, waarin ouders van jongeren samenwerken met de politie in het aanspreken van hun kinderen in de buurt,
- het project 'Veilig op Straat' in Rotterdam-Centrum waarin jongeren van verschillende komaf en jongerenwerkers de politie ondersteunen in toezicht in het Centrum van Rotterdam.

In alle vormen beseft de wijkagent dat door goede samenwerking met burgers, jongeren, ondernemers en toezichthoudende partners 'werk uit handen wordt genomen'. Daarvoor is vooral vertrouwen nodig en dat raak je kwijt wanneer je in die samenwerking verzaakt. Politiemensen weten daarom dat het verlenen van een goede back-up noodzakelijk is om dat vertrouwen te genereren. Het ligt daarom voor de hand dat dit type politiemensen veel investeert in het contact met initiatiefrijke partners en burgers. 'Je moet het vuurtje gaande houden en dat is een vak apart!' zoals een wijkagent opmerkte. Veel wijkagenten zijn ook bereid extra te investeren in het 'uitleren' van toezicht. Groen vakmanschap gaat in dat opzicht over 'lerende burgers', hoe om te gaan met het waarnemen van strafbare feiten of overlastgevend gedrag.

Citaat buurtagent Rotterdam: "Ik heb in mijn wijk het aanwenden van geweld door horecaportiers bespreekbaar gemaakt. Dat zijn allemaal allochtone en een paar autochtone 'klerenkasten'. Je moet even kijken van, hoe werken die lui nou. Het is een hechte kliek, die voor elkaar opkomt. Ze zijn goed op elkaar ingespeeld en dat kom je er achter dat ze eigenlijk niets met de politie hebben. Het is voor hen heel simpel. Als er problemen zijn, en dat is voor hun een hele normale manier van doen, dan mogen ze paar 'ketsen' uitdelen en dan degene de kroeg uitwerken. De rest is dan voor de politie. Maar dat kan natuurlijk niet. In de gesprekken heb ik geprobeerd de portiers te overtuigen dat het ook anders kan (geeft verschillende oplossingen). Ik probeer ze voor ons te winnen. Nou, ik denk dat ik de samenwerking nu goed op de rails heb".

In verschillende korpsen maken wijkagenten bijvoorbeeld actief gebruik van de cursus: 'Politie voor burgers', waarin burgers in enkee cursusdage worden bijgeschoold in politietoezicht en hoe om te gaan met agressief gedrag. Stewards van voetbalstadions worden regelmatig gebriefd over het bejegeningsprofiel en tips voor de wijze van optreden. Ook toezichthouders in toezichtmodellen evalueren regelmatig de aanpak van hun samenwerking op straat zoals het overleg tussen politie en horecaportiers.

Relatie met multicultureel vakmanschap:

"Citaat wijkagent: Op de weekmarkt krijgen we gemiddeld tussen de 80.000 en 100.00 verschillende mensen op visite. Op de markt bouw ik mijn contacten op met de marktokoopmannen. Het is een veelkleurige markt en ik heb ook veel 'gekleurde' contacten. Zo moet je dat ook zien. Ik heb Turkse mensen, Marokkaanse mensen, Surinamers, die toch wel de 'ogen en de oren' zijn op de markt. Wat je wel merkt is dat allochtone marktkoopmannen veel minder geneigd zijn jou te bellen en te informeren. Ik geef wel mijn telefoonnummer, maar onze echte activisten zitten in de blanke populatie. Dat zijn mijn sleutelfiguren op de markt die mij waarschuwen als ze een zakkenroller signaleren". Ik wil het zo organiseren dat ik elke rij op de markt mensen heb, die de oren en ogen voor mij zijn."

Zie discussies en dilemma's:
* regie door de gemeente
* eigen rechter spelen

Typische uitdrukkingen van 'groene' politiemensen:

- Burgers weer aan de heg krijgen
- Je moet vertrouwen in de kwaliteiten van burgers
- Back-up waarborgen geeft burgers zelfvertrouwen
- Samen sterker
- Loesje: "De politie vraagt meer burgers op straat'
- Politie voor burgers
- Vertrouwen in de buurt
- Ogen en oren organiseren
- Een voor allen, allen voor een
- ....nieuwe groene taal is welkom